Waarneming van de werkelijkheid
Om wetenschappelijke uitspraken te doen moet je afstand nemen van de maatschappelijke werkelijkheid en het selectieve karakter ven je waarneming overstijgen. Iedereen ziet maar een stuk van dezelfde sociale werkelijkheid.
- Selectieve waarneming is het gevolg van een materiele beperking. Onze waarneming wordt beperkt door de sociale posities die we bekleden. Door die posities moeten we bepaalde belangen bevredigen.
- Onze waarneming gebeurt vanuit kennis die we al bezitten. De hoeveelheid en de aard van de informatie waarover iemand beschikt is bepalend voor wat die persoon waarneemt.
- Een derde factor die de waarneming beïnvloedt is onze voorkeur voor of afkeur van personen en toestanden. Deze houdingen zijn sociaal bepaald. In het socialisatieproces maakt een individu zich in de omgang met anderen de cultuur van zijn omgeving eigen.
Selectieve waarneming draagt bij tot de uitbouw van een referentiekader en gebeurt vanuit dat referentiekader. Een aantal kenmerken van het referentiekader:
1) Een referentiekader vormt een geheel. Iedereen heeft maar één referentiekader.
2) Een referentiekader is redelijk stabiel, maar niet onveranderlijk. Veranderingen in onze sociale situatie beïnvloeden ook het referentiekader.
3) In een samenleving bestaan vele referentiekaders. Een referentiekader wordt bepaald door de opgedane ervaringen.
4) Er zijn evenveel referentiekaders als mensen in de samenleving. Elk referentiekader maakt deel uit van cultuurpatronen.
Mensen reageren verschillend op hetzelfde gebeuren. Er wordt onderscheid gemaakt tussen de zakelijke werkelijkheid en de beleefde werkelijkheid. Mensen handelen vooral naar wat ze geloven dat de werkelijkheid is. De sociale werkelijkheid wordt een verzameling van door mensen geconstrueerde werkelijkheden. Het aanvankelijk verkeerde beeld van de werkelijkheid wordt vervolgens de echte werkelijkheid omdat mensen zich naar hun oorspronkelijke perceptie van de realiteit gaan gedragen. Vooroordelen zijn hiervan een goede illustratie.
Degenen die zich wetenschappelijk bezighouden met de samenleving moeten een aantal voorwaarden in acht nemen bij het doen van hun uitspraken over de werkelijkheid. Sociale wetenschappers verzamelen systematisch informatie, analyseren deze en proberen systematische samenhangen te ontdekken. Vervolgens zoeken ze verklaringen en wagen zich aan de hand hiervan aan wetenschappelijke voorspellingen. De voorwaarden die horen bij deze vorm van onderzoek zijn:
- Representativiteit: de gegevens moeten een zo getrouw mogelijke weergave bieden van de werkelijkheid. Trek bijvoorbeeld een representatieve steekproef.
- Betrouwbaarheid: bij het onderzoek moeten betrouwbare en gestandaardiseerde meetmethoden gebruikt worden.
- Validiteit: de gegevens die verzameld worden moeten een goede uitdrukking zijn van datgene wat onderzocht wordt.
Wetenschappers worden niet boven de samenleving verheven. Een paradigma is een model voor wetenschapsbeoefening dat bestaat uit een specifieke combinatie van uitgangspunten van waaruit naar de werkelijkheid gekeken wordt. Een paradigma bevat ook theorieopvattingen en voorschriften van methodologische en onderzoekstechnische aard. De aard van het paradigma bepaalt wat wordt bestudeerd, welke de onderzoeksvragen zijn, hoe die vragen worden gesteld, volgens welke regels de antwoorden moeten worden geïnterpreteerd.
Geen enkel paradigma biedt de beste verklaring van de sociale werkelijkheid. Het controleerbare gedeelte van het wetenschappelijk onderzoek verloopt volgens de empirische cyclus:
- Sociale werkelijkheid
- Hypothese: maakt deel uit van een sociale context en een wetenschappelijke context waartussen een paradigma bemiddelt. De hypothese moet toetsbaar zijn.
- Gegevens verzamelen en waarnemen
- Analyse van de gegevens en een poging tot een verklaring
- Toetsen van de hypothese
- Indien succes => theorie, indien geen succes => verwerpen of herzien en opnieuw beginnen.
- Voorspelling over de werkelijkheid
| Natuur en natuurwetenschappen | Samenleving en sociale wetenschappen |
Elementen | Identiek, reproduceerbaar | Verschillend, uniek |
Voorkomen | Universeel | Specifiek |
Aard | Onveranderbaar | Veranderbaar |
Onderzoek | Experimenten | Experimenten uitgesloten |
Wetenschapper | Buitenstaander | Deelnemer |
Auguste Comte wilde een wetenschap van de samenleving creëren naar het beeld van de natuurwetenschappen. Hij noemde deze wetenschap sociale fysica. Tussen 1838 en 1888 ontstond de klassieke sociologie. Een keerpunt vormt de "verstehende Methode" van Weber. Het sociale handelen vormt de bouwstenen voor het hele samenlevingsgebeuren. Weber probeert de subjectieve betekenis die individuen aan hun handelen verbinden te onderzoeken. De 'subjectieve betekenissen' zijn alleen te bestuderen door 'begrijpend' te werk te gaan. De onderzoeker moet proberen het handelen te 'verstehen'. De onderzoeker moet zich inleven in de zingeving van de actor, zich verplaatsen in de rol en de gedachtenwereld van het subject. Weber wil de sociale verschijnselen op macroscopisch niveau in verband brengen met de waarden en normen van individuen. Hij ontwierp tevens een typologie van het sociaal handelen. Hierin komen de volgende manieren van handelen naar voren:
- Doelrationeel
- Waarderationeel
- Emotioneel
- Traditioneel
Een andere drijfveer was de belangstelling voor sociale problemen. Dit zijn maatschappelijke toestanden die als onwenselijk worden beschouwd.